donderdag 7 november 2013

Strategiegames zijn leuk als je er niet bij na hoeft te denken

Strategiespellen zijn misschien wel de moeilijkste spellen om te spelen, zeker als je tegen iemand anders speelt. Je moet weten wat voor legers je gaat bouwen, de hoeveelheid van iedere unit bepalen, kiezen waar je ze neerzet en een verdediging en aanvalsplan maken. Naast je eigen zetten moet je ook gaan bedenken wat de tegenstander gaat doen en je daar op voorbereiden. Komt hij via het water, of heeft hij veel tanks? Allemaal vragen waar je jezelf een antwoord op probeert te vinden om maar niet verrast te worden door je tegenstander.


Leger vol dummies
Ik speel wel eens Red Alert, Company of Heroes of Warcraft 3, maar ik doe dit op uiterst recreatieniveau. Ik sleutel alleen wat aan mijn leger en plaats alleen maar units die ik cool of leuk acht. Deze vermenigvuldig ik een stuk of honderd keer en dan mogen ze ten strijden trekken. In de hoop dat de tegenstander na een grote veldslag een witte vlag hijst. Helaas zitten er maar in weinig van deze strategiegames een moeilijkheidsgraad in die mijn "strategie" accepteert. Daardoor verlies is keer op keer van zelfs de meest eenvoudige computers.

Ik vind het niet erg, als het potje langer duurt dan 30 minuten ben ik meestal al tevreden. Heel veel nadenken bij dat soort spellen zit er voor mij helaas niet in. Mijn hersencellen zijn bezig met ingewikkeldere taken zoals het rondpompen van bloed en het afkoelen van mijn lichaamswarmte met zweet, als ze dat gewoon goed doen dan hoeven ze van mij ook niet heel hard aan de slag om een strategiespel voor mij te winnen.

World in Conflict
Ik ben geen strateeg
Ik heb wel eens een paar potjes gespeeld tegen een echte tegenstander. Iemand van vlees en bloed en met een t-shirt rondom zijn torso. Iemand die wel vaker strategie toepast in zijn spellen. Als de uitdaging van hem dan aannam om tegen hem te spelen, dan hadden we er na 10 minuten al twee potjes opzitten. Een eerste aanval om mijn positie te ontdekken en er achter te komen wat mijn eerste wapens zouden zijn werd mij al fataal. In het tweede potje bood ik meer tegenstand, dacht ik, maar dat potje was nog een minuut sneller afgelopen.

Strategie, leuk om legers te bouwen, maar verder is het niets voor mij. Een supermacht regeren zit er voor mij dus helaas niet bij. Ik ben meer die supersoldaat die in zijn eentje het hele leger van de tegenstander dood. Of de soldaat die door weer en wind gaat, de hele wereld over reist om er achter te komen dat zijn baas de vijand is. Ja, dat ben ik. Nee, ook dat ben ik niet. Ik ben die achtbanenbouwer, uit die succesvolle pretparken waar alleen maar dezelfde mensen rondlopen die midden op het voetpad kotsen. Ja, dat ben ik.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten